Het is drie maanden later.
Claudia is terug van het verblijf bij haar man en dochters in de VS. Ik haal haar uit de wachtkamer.
Claudia: fijn je te zien, ik heb zoveel te vertellen, hoe vind je mijn haar?
Ik: leuk!
Cl: kijk eens naar mijn oren
Ik zie niet meteen iets
Cl: ik heb gaatjes laten maken in NY en van mijn man deze oorknopjes gekregen
Ik: ook leuk!!
Cl: mijn dochters hebben mij een metamorfose gegeven, ik ben naar een hele chique kapper geweest en daar ook gaatjes in mijn oren laten maken, ik ben er zó blij mee
Ik: dat kan ik aan je zien
Cl: en dit spijkerjasje, dat vonden zij vlotter dan wat ik aan had, ik weet niet of dat echt mijn smaak is maar ik zie dat het leuk staat
Ik: vind ik ook
Lange stilte
Cl: heb je mijn uren aan iemand anders gegeven?
Ik kijk haar vragend aan
Cl: nou ja, kan toch, als je dat niet doet dan heb je minder inkomsten
Ik blijf haar vragend aankijken
Cl: mijn man had zijn zaak ook zes weken gesloten omdat ik kwam, hij heeft al die tijd niets verdiend
Ik: en dat komt door jou
Cl: precies, alhoewel……
Ik: wat deed dat gevoel met je
Cl: ik voelde mij een beetje schuldig over hun geld
Ik: was je je daar steeds van bewust?
Cl: eerst niet, maar ik merkte ineens bij mijn man en dochters dat ik overal in mee ging, terwijl ik het niet met alles eens was wat zij voorstelden
Ik: je durfde het niet oneens te zijn
Cl: ja steeds meer
Ik: waar ben je dan bang voor?
Cl: dat zij boos worden op mij
Ik: waarop dan?
Cl: dat ik gekke dingen doe, het controleren in de kelder, je weet wel
Ik: best belangrijk wat je nu vertelt
Cl: ze hebben ook alles voor mij betaald, dat hoeft helemaal niet, ik ben financieel zelfstandig, ik voelde me steeds kleiner worden……..af en toe wou ik naar huis
Ik: dat is nogal wat
Cl: erg dubbel, ik was ook blij dat ik niet thuis was, dat ik niet van mijzelf naar de kelder hoefde om te controleren
Ik knik
Cl: mijn man komt over twee maanden definitief terug maar de meisjes blijven in de VS, zij gaan daar afstuderen.
Ik: hoe vind je dat allemaal?
Cl: mijn man wil de kelder inrichten voor zijn kantoor aan huis, de hele kelder moet op de schop, dieper gemaakt, andere indeling, wat ze allemaal doen bij mij in de straat
Ik knik…
Cl: er gaat nogal wat gebeuren
Stilte
Cl: alles gebeurt bij mij door anderen, kijk maar naar mijn haar, gaatjes in mijn oren, de kleding, ik ga het terugdraaien!
Ik: dat moet je nu nog niet doen, dat kan altijd nog, het staat je allemaal fantastisch, laat dat maar ff zitten, want, ik hoor iets veel belangrijkers in wat je zegt
Cl kijkt verschrikt: is het erg?
Ik: nee niets om van te schrikken, want je zei het zelf al “alles gebeurt bij mij door anderen”
Cl: ja dat zei ik, want dat is zo
Ik: maar dat je man en ik minder inkomsten hadden…….
Cl valt mij in de rede: dat komt inderdaad door mij, maar eigenlijk ook niet want ik hoefde niet zo nodig zo lang van huis, zij hebben mij ertoe overgehaald, ik ben niet assertief
Ik knik
Cl: anderen brengen mij in situaties die ik eigenlijk niet wil
Ik knik: kan je een situatie oproepen die bij deze uitspraak hoort? Een herinnering aan dat gevoel?
Lange stilte
Cl: het eerste waar ik nu aan denk is dat ik toen mijn vader en moeder geen geld hadden ik een ochtendbaantje kon krijgen bij de markthallen, wij woonden daar vlakbij, ik wilde zelf geld hebben en mijn ouders hadden dat niet. Elke ochtend om 5 uur opstaan. Ik hielp daar bij de bakkerij. Daardoor kon ik gratis aan broodjes komen die ik voor mijn zus en mij mee naar school nam, en ook voor mijn ouders. Dan hadden wij ontbijt. Mijn moeder vond het heel fijn dat ik voor ons ontbijt zorgde. Maar het was verschrikkelijk zwaar, vies, koud, de omgang daar was heel ruw en eigenlijk gevaarlijk voor meisjes en jonge vrouwen. Ik was daar altijd heel bang en op mijn hoede. In de EMDR sessies heb ik hierover verteld, dat heeft heel goed geholpen, ik kan er nu met jou over praten zonder overstuur te worden. Achteraf besefte ik hoe vreselijk het baantje was, dat mijn ouders mij dat werk lieten doen om aan brood te komen voor ons gezin, dat volwassen mensen zoiets met een kind doen!
Ik: je hoort om 5 uur s’ochtends nog te slapen, lekker in je bed te liggen en bij het opstaan een ontbijt te krijgen van je ouders
Cl: ja dat is het precies, zoiets doe je niet met je kinderen, je uitkering opzuipen en de hele dag op de bank te hangen! Zij brachten ons in een verschrikkelijke situatie!
Ik knik
Cl: in de EMDR sessies heb ik veel gehuild, de woede op mijn ouders kon ik goed voelen, dat luchtte op. Ik mocht toen voor het eerst voelen dat ik beschadigd was door de situatie thuis.
In de EMDR sessies heb ik hardop geroepen: “jullie hebben mij beschadigd”!!
Ik knik
Cl: maar ik vond het ook zo treurig, ik had ook medelijden, vooral met mijn moeder
Lange stilte
Cl: de woede is gezakt, eigenlijk weg, maar wat ik altijd voel is dat ik mij voor mijzelf schaam, ik ben niet normaal, ik doe rare dingen, ik zit 4 uur per dag in de kelder mijn voedselvoorraad te controleren, ik ben heel bang voor armoede en ik wil dat anderen ook niet aandoen, ik heb niet gestudeerd omdat ik meteen mijn eigen geld wilde verdienen, ik ben een kansarm mens en daar schaam ik mij ontzettend voor
Lange stilte
Ik: nu begrijp ik waarom je over mijn inkomsten en over dat van je man begon
Cl: mijn man en jij zijn belangrijk voor mij, ik wil dat het goed met jullie gaat
Ik knik: en met jou moet het ook goed gaan, je kansrijk voelen bijvoorbeeld
Cl: daar wil ik naartoe
Ik: je bent al bezig, kan je dat voelen?
Cl: ja als ik bij jou ben geweest
Ik knik
Lange stilte
Cl: ik ben de kelder al aan het opruimen, ik doe een heleboel weg van de voorraad
Ik knik
Cl: ik doe het op de automatische piloot
Ik: je voelt er niet zoveel bij?
Cl: het moet maar zo gauw mogelijk klaar zijn
Ik: dat klinkt erg stoer, hoor je dat zelf?
Cl: niet echt…
Ik: neem je tijd
Cl: ik las een leuk boekje, over opruimen, van een Japanse opruimcoach. Ze schrijft dat je elk voorwerp dat je wilt opruimen even aandacht moet geven en bedanken voor de functie die het voorwerp voor je heeft gehad
Ik: ja ik weet haar methode
Cl: ik moest nadenken over de functie, dat vind ik lastig… voornamelijk last toch?
Ik: daar valt wel wat meer over te zeggen, dat is voor de volgende keer, goed?
Er staat al een afspraak voor deze week.