Marc, het functioneringsgesprek (9)
Zes weken verder, Marc is weer thuis, en komt weer in mijn praktijk. Hij is met zijn gezin naar Bretagne geweest. Het werk in Brussel is afgerond, het was matig succesvol. Hij wilde zelf niet verder en zijn team ook niet met hem. Anita had vlak voordat hij afscheid nam van Brussel ineens geen interesse in hem. Marc vertelt aan mij hoe dat ging:
Marc: we hadden een laatste meeting waarbij zij ook aanwezig was. Ze gaf mij geen oogcontact en ging eerder weg. De volgende dag kwam zij achter mij aan op de gang en hield mij staande. “Ik had nooit met je moeten beginnen, dat merkte ik ineens tijdens de meeting gisteren, maar je wou me zo graag, toch? Dat zei ze. Dat vond ik vernederend, ik wou haar dat niet laten merken en wou boven haar staan. Ik voelde mezelf ineens sterk en zei tegen haar dat het oké was. En dat ik haar een leuke meid vond.
Marc is lange tijd stil
M: ze reageerde met “zal je me missen?” Ik wou flink blijven en zei zoiets van, tuurlijk, het was gezellig, je hebt me vrolijk gemaakt! Ik werd heel bang dat ze weer ging plagen, maar dat deed ze niet. Ze liep door, keek even achterom en zwaaide. Dat was het dan. Toch raar…..
We kijken elkaar aan, Marc haalt zijn schouders op
M: zou ze echt zo makkelijk leven, mij gewoon even gebruiken voor een avontuurtje?
Ik: zinloze vraag, pak je eigen verantwoordelijkheid, je maakte je beschikbaar
M: ik wou ook, bedoel je
Ik: ja, en dat mag best
M: wou ik ook een avontuurtje?
Ik: nee, voor jou was het meer, het was een behoefte, dat voelde je pas later, toen je er midden in zat
M: ja, ik moet eerlijk zijn, dat is zo
Ik knik
M: als ik eerder die behoefte aan zoiets had gevoeld dan had ik haar misschien kunnen weerstaan
Ik: zoiets?
M: zo’n roes
Ik: van gelukkigheid, vrolijkheid, dat is juist waar je mee zit
M: ja dat moet ik bij me houden, dat is belangrijk
M: ik wil het zo gauw mogelijk vergeten, die vernedering, dat ik haar zo graag wou
Ik knik
M: want dat is zo, ik wou haar graag, ik was in een roes, en nu is er weer niks, zoals we vorige keer bespraken, ik voel me weer saai en nog steeds niet vrolijk, Marga is ook niet echt vrolijk, ze is veel weg, ik merk de afstand
Ik: vertel eens iets over Marga
M: ik heb haar eerlijk verteld dat Anita niet meer in mij geïnteresseerd was, en dat ik dat prima vond. Ze was even stil en zei dat ze er nooit meer over wilde praten. Ze is met de tuin bezig, we hebben veel geld gekregen van mijn ouders, door de verkoop van het huisje in Brabant, ze krijgt van mij de vrije hand, zo maak ik het goed, hoop ik
Ik: wat zou je met haar willen bespreken?
M: voorlopig niks, ik moet mijn periode in Brussel verantwoorden met een enorm rapport. Dat houdt mij bezig, ze zijn toch heel tevreden met mij geweest, blijkt, ik heb daar kennelijk iets goeds teweeg gebracht, een soort nieuwe methode. Ik zou er trots op moeten zijn………..hij roept uit: eigenlijk wil ik nog steeds weg, naar Patagonië of zoiets
Ik: toe maar!
M lachend en vrolijk: dat wil ik liever dan een vriendin of zo
Ik lach terug: wat zou het verschil zijn tussen een vriendin en Patagonië?
M: pfffff, daar ga ik over nadenken, je hoort van me.
Met een joviale zwaai vertrekt hij.