Jasmin, de baby komt mee (5)
Ik ontvang een whatsapp van Jasmin, s’ avonds om half tien, het bevat 1 zinnetje: ik voel mij raar, heb je even tijd? Mag ik je nu bellen? Ik vertrouw mijzelf niet. Voordat ik antwoord belt ze mij al.
Jasmin: ik voel mij raar, in mijn bovenlichaam en mijn hoofd
Ik: waar ben je?
J: in mijn hotelkamer, ik ben net terug van het diner met mijn collega’s, het was hartstikke leuk en nu ineens dit
Ik: je zegt dat je jezelf niet vertrouwt?
J: kan het zijn dat ik een paniekaanval heb?
Ik: dat zou kunnen
J: ik wil niet iets raars doen in mijn paniek
Ik: aan welk raars denk je?
J: ik heb een aantal slaappillen bij me, als ik er drie neem in plaats van 1, dan val ik lekker in slaap
Ik: denk je dat je niet kan slapen?
J: als ik uren wakker lig ben ik morgen niet fit
Ik: wat heb je morgen te doen?
J: een heel belangrijke presentatie, mijn visie geven over het nieuwe stadsdeel, je weet wel, daar heb ik je over verteld
Ik: ja dat weet ik
J: ik tril helemaal, mijn hoofd zweeft, wanneer houdt dat op, dit is zo raar
Ik: je hebt waarschijnlijk een paniekaanval, die is straks voorbij
J: echt?
Ik: ja echt, we gaan praten
J: ik wilde eerst mijn man bellen maar ik heb dat niet gedaan
Ik: waarom niet?
J: hij is dan heel bezorgd en geeft mij allemaal aanwijzingen die ik zelf wel weet, hij zegt dan dat mijn paniek nergens voor nodig is
Ik: probeer so wie so je op je ademhaling te richten, ga naar je buik, je kent die oefening, die hebben we wel eens eerder gedaan, leg je trillende handen op je buik, dan kan je meteen zien wanneer het trillen vermindert, doe je dat even?
J: ja ik doe het, ik was bang weer te gaan dissociëren, denk je dat ik dat kon gaan doen?
Ik: als je een paniekaanval hebt kan je niet tegelijkertijd dissociëren, door de paniek ben je je juist heel bewust van je lichaam
J: ahhh zo zit dat, dat stelt mij gerust, ik ben blij dat ik je gebeld heb
Ik: had je prettige dagen met je team?
J: ja het was fantastisch, we hebben ook veel samen gewandeld, het was buiten zo fijn, ik kreeg videootjes van mijn ouders en man over Olek, hij is heel vrolijk, eet, drinkt en slaapt prima, hij is in goede handen, hij voelt zich veilig …..zo noem jij dat toch?
Ik: veilig….voor jou een lastig begrip?
J: ja, ik weet wel wat het betekent maar het is meer iets normaals voor andere mensen, voor mijn moeder en mij in elk geval niet, hoewel mijn moeder en ik natuurlijk al lang veilig zijn in Nederland
Ik: veilig zijn en veilig voelen, dat zijn twee verschillende begrippen
J: ik ben hier veilig, en Olek ook, dat weet ik best…..
Stilte
Ik: maar hoe het voelt, dat is de kwestie
Stilte
Ik: adem je nog op je buik?
J: ja, het helpt, ik tril wat minder, maar ik ben ineens ontzettend moe, mijn benen voelen als lood
Ik: oké, goed teken, je aanval zakt, mooi zo, maar we zijn er nog niet, houd vast waar we het over hadden
J: ik weet het niet meer
Ik: maar ik wel, ik zet even een paar woorden op een rijtje: paniek, slaappillen, presentatie, Olek, veiligheid
J: ik ben het met je eens dat Olek en ik in veiligheid zijn
Ik: in veiligheid zijn? Bedoel je tegenover in gevaar zijn?
Stilte
J: ja nu je het zo zegt…in gevaar…….
Ik: de paniekaanval maakt je bang
J: ik heb nu nog vooral de duizeligheid in mijn hoofd
Ik: pak even een glas water en loop wat in het rond, beweeg wat
J pakt water en loopt wat heen en weer
Ik: je zei gevaar
J: ik denk dat ik mij altijd ergens bang voor voel, dat ik een soort vaag onheil voel, ergens in mijn binnenwereld, zoals jij dat zo mooi benoemt, en sinds ik moeder ben is dat er niet minder op geworden
Ik: je hebt liever een minder angstige binnenwereld, minder onheil en gevaar
J zegt naar het keukentje te gaan om crackers met jam te maken, ze praat met volle mond, ik kan haar moeilijk verstaan en zeg haar dat. Ze zegt sorry en houdt op met crackers eten
J: mijn zoon mag niks merken van mijn angstige binnenwereld, dat weet je van mij, ik ga mijn onheilsgevoelens niet in hem stoppen
Ik: daar kwam je mee binnen, toen je voor de eerste keer bij mij kwam, weet je nog? Je was bang je angsten op je zoontje over te brengen
J: je noemde dat transgenerationeel, ik heb dat goed begrepen, ik let daar enorm op
Ik: je houdt hem daarvan vrij
J: jazeker, en ik vind dat ik daar minder gespannen mee omga, sinds toen
Ik: klopt, dat merk ik ook aan je, alleen al dat je drie dagen van huis weg kan en er niet bang van wordt om hem alleen te laten bij je ouders en je man
Stilte
J: dat besef ik mij nu je dat zegt, dat gaat dus een stuk beter
Ik:…., maar vanavond heb je even een moeilijk moment
J: is dat een terugval?
Ik: ….dat zou ik zo niet noemen, het is eerder een signaal van iets dat in je zit, en waar je je niet steeds bewust van ben, waar je eigenlijk rekening mee zou moeten houden betreft jezelf, je lichaam geeft een signaal omdat je dat moeilijke gevoel weg wilt houden, niet durft te beleven
J: welk signaal dan?
Ik: de paniekaanval waarschuwt je voor een mogelijk aankomende dissociatie
J: …….dat ik wegwaas, zoals toen
Ik knik: kennelijk is het best een grote stap voor je om van huis weg te zijn en Olek bij je man en je ouders te laten
J: ik voelde mijn separatieangst, ik ben mij er zo van bewust geworden dat ik dat heb, ik had dat nooit van mijzelf begrepen
Ik: bovendien, als je separatieangst hebt vind je het vaak ook moeilijk om zelf iemand te verlaten, zoals jij nu met Olek, kan je dat voelen?
Stilte, ik hoor haar diep uitademen, het klinkt rustig
J: ik probeer het
Ik: je hebt het aangedurfd met je team op stap te gaan
J: het was de eerste keer, ik vond het best stoer van mijzelf
Ik: dat is het ook, je wéet dat je in een veilige situatie verkeert om zoiets te kunnen doen, maar onbewust loopt een basisgevoel van onveiligheid met je mee
J: en dat laatste houd ik weggestopt
Ik knik: maar, nogmaals de paniekaanval attendeert je op het onveilige gevoel, dat je ook hebt
J: is het dan beter als ik de onveiligheid voel?
Ik: ja, dat je je er bewust van bent, dat je dat mag beleven, je beleeft dan het gevoel van onveiligheid vanuit het feitelijke veilige nu
J: ik ben nu veilig in het hotel, Olek is ook veilig, dat is het veilige nu
Ik: als je het onveilige gevoel mag beleven als iets dat jij af en toe hebt, en bijvoorbeeld naar boven komt als je alleen van huis bent, dan hoef je geen paniekaanval te krijgen en ook niet bang te zijn te dissociëren
Stilte
Ik: helpt ons gesprek je?
J: m’n hoofd voelt weer normaal, maar ik voel me ontzettend slap
Ik: de angst heeft je even uitgeput, dat trekt vanzelf weer bij
J: ik ga naar bed, ik ga slapen, ik neem geen slaappil, of voor de zekerheid een halve
Ik: dat kan geen kwaad en je slaapt snel in, morgen lekker fit.
J: dank je wel hè, ik lees nog even mijn presentatie door, alles staat op papier
Ik: er kan niks misgaan, veel plezier morgen.