Een week later.
Arin: er was een soort bijeenkomst op mijn werk, met een soort psycholoog, een soort bespreking over teambuilding, een soort uitwisseling over elkaar
Zijn toon is steeds spottender
Ik: laat maar horen, je verhaal
A: nou dat was het, ze vertelden over wat ze leuk vonden van ons kantoor en wat niet, het werd steeds persoonlijker, sommigen vertelden over hun jeugd, over de verwachtingen van hun ouders, hun eigen ambities, ik schrok me dood, ik wist meteen, daar begin ik niet aan
…….
Ik: en toen?
A: ik zei dat ik het hartstikke leuk vond op kantoor, nergens last van had en iedereen prettig vond, maar toen ik dat had gezegd viel er een stilte, ze lachten een beetje, meer niet
Ik: niemand kon er iets mee
A: hoezo, moet dat dan?
Ik: dat was de bedoeling van die meeting, denk ik
A: kennelijk, die psycholoog of wat hij ook maar is zei alleen maar tja tja tja, hij maakte nog wat rare geluiden en bleef mij aankijken
Ik: interessant!
A: helemaal niet interessant, ongepast zal je bedoelen, ik werd kwaad maar bleef beleefd, maar eigenlijk wou ik hem killen
Ik: dat is heftig
A: iemand uit de groep zei: Arin is Arin, toen vroeg die psycholoog wat zij daarmee bedoelde, maar dat wist ze niet precies, het was een soort gevoel, ik begon me steeds ongemakkelijker te voelen…
Ik: ongemakkelijker, goed dat je mij dat vertelt, ik denk dat je inderdaad in een lastig emotioneel parket zat op dat moment
A: ja ontzettend het zweet brak mij uit, en ik stikte bijna, mijn keel kneep dicht, de psycholoog zag het en ging naast mij zitten, hij legde zijn hand op mijn arm en richtte zich op de groep; mensen, we gaan nu allemaal even op onze ademhaling letten, doe allemaal mee: adem diep in door je neus en langzaam in kleine stukjes uit door je mond, dat doen we drie keer. Arin, kijk naar mij, wij doen het samen. Ik keek naar hem, hij was rustig, na die oefening werd ik weer zo moe, zoals ik ook wel eens bij u heb, maar na een poosje werd ik weer oké….Arin is nu ook rustig in ons gesprek
Ik na een poosje: ik ben er stil van, ik vind het heel mooi wat de psycholoog deed, jij?
A: ja ik ook, uiteindelijk, mijn boosheid op hem zakte, ik herkende de moeheid maar ook de rust die ik soms bij u kan voelen
Ik: wat zou het geweest zijn, dat je zo ging zweten en je keel dichtgeknepen voelde
A: geen idee, het was echt vreselijk en ik werd zó kwaad
Ik: zo kwaad omdat je misschien iets lastigs voelde? Kwaad zijn helpt het lastige te verdringen
A kijkt mij vragend aan
Ik: raakte je uit je evenwicht?
A: ja dat klopt wel, ik wist even niet welke kant het groepsgesprek opging
Ik: was er een kant voor jou om bang voor te zijn?
A: ja natuurlijk, dat het te persoonlijk wordt, dat ik iets ga vertellen dat ik eigenlijk niet wil, iets prijsgeef waar ik later spijt van krijg, vooral niet in zo’n groep
Ik: zoals?
A: nou ja, u weet wel, dat mijn ouders vluchtelingen zijn
Ik knik: dat wil je niet vertellen in een groep
A: ik ben een kind van vluchtelingen
Ik: dat maakt je anders voor je gevoel
A: niet alleen voor mijn gevoel, wij vluchtelingen zijn ook anders
Ik: niet zozeer omdat je ouders uit een ander land komen maar omdat zij hebben moeten vluchten
A: ja
Ik: anders omdat zij getraumatiseerd zijn
A kijkt naar beneden, zachtjes: ja
Lange stilte
A: zij zijn ook altijd moe, de laatste jaren, toen wij klein waren, waren ze flink en strijdbaar, nu allang niet meer, ze zijn alleen met ons bezig, hun wereld is heel klein geworden
Ik: je beschrijft twee kwetsbare mensen
A: inderdaad, en dat wil ik niet overnemen
Ik: ik begrijp het, denk ik, als je over het trauma van je ouders vertelt ben je bang zelf ook als kwetsbaar gezien te worden
A: exact
Lange silte
A: maar ik denk ook dat ik iets wegstopte, zoals u vaak zegt
Ik: iets dat je niet wilde voelen
Arin knikt: wilt u me weer eens uitleggen over dat onbewuste?
Ik: wil je een stukje theorie? Psychoanalytische theorie?
A: ja, graag, mijn zus kreeg onlangs te horen over Freud in en onderdeel van haar studie, zij vindt dat heel interessant, zij vroeg mij of u ook werkte volgens Freud, dus…..
Ik: oké, een stukje Freud voor jou en je zus
A: ja doet u maar, dat vinden wij interessant
Ik: we gaan even terug naar de groepssessie, je voelde je keel dichtgeknepen, op zo’n moment bevind je je in een psychisch conflict met jezelf waar je jezelf niet bewust van bent. Kenmerk van een onbewust conflict is dat op dat moment angsten én wensen ten aanzien van wat er op dat moment speelt met elkaar in strijd zijn. Die strijd geeft je pijn en verwarring, dat wil je allebei niet voelen omdat je dat niet verdraagt en je verdringt het onverdraaglijke naar je onbewuste. Maar het onbewuste laat zich niet ongemoeid en vertaalt het verdrongene in een lichamelijk symptoom, waardoor de inhoud van het verdrongene buiten jouw beleving blijft. En dat is op dat moment precies de bedoeling. Maar je betaalt er tol voor in de vorm van een fysieke pijn of klacht. Het psychisch verdrongene wordt fysiek vertaald. Bij wijze van spreken naar je teruggestuurd.
Ik: even pauze?
A: je ontkomt er dus niet aan, waar ik bang voor ben snap ik wel, ik wil niet ervaren worden als een kwetsbaar mens, ik wil het niet zijn en ik wil het niet voelen
Ik: ja, dat zeg je mooi, je bent aan het vechten, je verbiedt jezelf om kwetsbaar te mogen zijn
A: ja
Ik: ik vond het een mooi moment in de groepssessie dat de psycholoog bij je kwam zitten en zijn hand op je arm legde
A: waarom dan?
Ik: je stond het toe, beter gezegd, je kon het jezelf toe staan dat hij dat deed
A: …. Ik kón het mijzelf toestaan,
Ik: het gebeurde
A: mm
Ik: je had zijn hand ook weg kunnen duwen
A: mm
Ik: hij zag dat je je vreselijk voelde
A: mm
Ik: je stond toe dat hij je zag en je hielp
A: mm
Ik: je gaf je strijd tegen de kwetsbaarheid even op, je lichaam kwam je daarin tegemoet door je je moe te laten voelen, en je werd rustig van binnen
A: mm
Ik: je onbewuste conflict gaf een andere kant te zien, nl. de wens om wél gekend te worden in je kwetsbaarheid, iemand die jou helpt die wens te mogen beleven in plaats van te verdringen
A: mm
Lange stilte, het is bijna tijd.
A: zal ik u nog even vertellen hoe de groepssessie verder ging?
Ik: oké, maar probeer je gevoel van daarnet vast te houden
A: dat gebeurde daar ook, ik heb verder alleen naar de anderen geluisterd, het voelde anders, ik luisterde anders, een paar collegae hadden ook best moeilijke dingen meegemaakt…….
Na afloop gaf de psycholoog iedereen een hand, een paar bedankten hem voor de interessante sessie, dat deed ik ook, ik keek nog even om naar hem, hij knikte mij vriendelijk toe en ik deed dat terug, dat voelde goed, ik had nog iets willen zeggen tegen hem maar ik wist niet hoe
Ik: dat omkijken van je zei al genoeg
A: hij heet Max
Er staat een afspraak